Te weinig, te laat
Te weinig, te laat
De conclusies waren duidelijk. Wethouder Wimar Jaeger brak de wet, had meerdere petten op bij het toewijzen van subsidies, en nam daarmee onverantwoorde risico's. Het zijn zaken waarbij je verwacht dat een wethouder zijn fouten erkent, zijn gedrag verklaart, en oprechte excuses biedt. Maar niets van dit alles gebeurde. De wethouder nam geen afstand en gaf geen excuses, zelfs niet over de beschuldigingen die hij aan het adres van de melders had geuit. Normaal stuur je zo'n wethouder weg. Maar van deze gemeenteraad mag hij blijven.
We hadden niet veel zelfreflectie van Wimar Jaeger verwacht. Maar de wijze waarop de wethouder draaide en draalde verbaasde zelfs ons.
Op geen enkele vraag kwam antwoord. En we hadden er nogal wat. Het rapport van Bing liet nog veel vragen open. Het is zorgvuldig opgesteld, maar het is niet volledig. De reikwijdte van de meldingenis groter dan de ruimte - vastgelegd door het presidium - die Bing had, waardoor niet alle betrokkenen werden gehoord en sommige conclusies dus niet konden worden getrokken.
Over de aanbevelingen die in het rapport stonden en over het proces rond de meldingen zelf zullen we het op een later tijdstip nog gaan hebben. We beperken ons hier op de rol van de wethouder en hoe het college (in deze én de vorige periode) daarmee omging.
Uit het rapport, en de reacties die daarop volgen, stipten we drie elementen aan. Daarbij was bij elk element vooral de vraag: waarom?
Discutabele nevenfuncties
Ten eerste: de wethouder heeft zijn functie als bestuurslid van de Dutch Media Foundation - DMF - niet gemeld bij college of raad. Daarmee is de wet overtreden.
Waarom was die functie niet gemeld? De wethouder moest weten dat het zijn taak is om de raad actief te informeren.
De statuten zeggen dat de gemeente een bestuurder benoemt. Maar dat is niet gebeurd. Het college wíst niet eens dat de wethouder de functie had aanvaard. Waarom nam de wethouder die dan aan? En was zo'n functie nou echt nodig? Er was duidelijk nooit overwogen om knelpunten gewoon met goed overleg op te lossen. Bovendien had de gemeente iederéén kunnen benoemen - er is geen enkele eis dat de benoeming een wethouder moet zijn of zelfs iemand in dienst van de gemeente.
Uiteindelijk is de wethouder nooit door het college benoemd. De statuten vereisen dat wel, en daarmee zit de wethouder - officieel - niet als gemeentelijke vertegenwoordiger aan tafel. De statuten van de stichting wijzen er daarnaast nergens op dat de functie ambtsgebonden is. In tegendeel zelfs – in één van de regels staat dat de benoeming voor onbepaalde tijd is. Dat wijst er op dat een bestuursfunctie op persoonlijke basis is.
Had de wethouder de statuten wel gelezen? Van een bestuurssecretaris zou je dat verwachten. En waarom heeft hij zich dan toch niet laten benoemen?
En waarom heeft hij dat later niet gecorrigeerd? Toen er storm opstak over het melden van functies, toen de integriteitscheck werd gehouden, toen wethouder Scheepers werd geconfronteerd met de problemen rond de functie in de uitvaartstichting, al die keren moet de wethouder toch hebben gerealiseerd dat hij ook fout zat? Waarom toen niet alsnog actief geïnformeerd en de fout hersteld?
En toen de organisatie besloot - al een jaar geleden (!) - dat er een 'weeffout' (lees: de wethouder) in de stichting zat en dat die moest worden weggehaald, waarom is toen het college en de raad niet op de hoogte gebracht? Dat leek me toch echt wel een situatie waar de raad over moest worden geïnformeerd. Maar dat gebeurde niet. En klaarblijkelijk wist het college toen ook nog steeds van niks? Zo lijkt dat iig, gezien het feit dat wethouder Walters onze vraag naar Jaeger doorspeelde.
Maar er kwam geen antwoord. De wethouder weigerde een verklaring te geven. ‘Het was gegaan zoals het was gegaan,’ Het niet geven van informatie is normaliter een doodzonde in de politiek, maar klaarblijkelijk mag het als je mediawethouder Wimar Jaeger bent. Getuige de reacties later was D66 daar nog trots op ook.
De burgemeester zei niets van de functie te hebben geweten, maar dat die vast wel was goedgekeurd als dat wél zo was geweest. Waarom denkt hij dat? Ik weet minstens één wethouder die destijds bezwaar zou hebben gemaakt.
Ook daar kwam geen duidelijk antwoord op. Wel herhaalde de burgemeester dat hij écht niets wist over de 'administratieve' kant van de zaken rond DMF.
I.i.g. gaf de burgemeester toe fouten te hebben gemaakt, en bood hij excuses aan. Hij dus wél.
Er was meer onduidelijk. Volgens de gemeentesecretaris is de bestuursfunctie op verzoek van de wethouder - dus niet het college, laat staan de raad - bij DMF gelabeld als qualita qua functie - een functie die hoorde bij zijn taak als wethouder. Maar waarom dacht de wethouder dat hij dat zelf wel even kon bepalen? Het rapport van BING geeft duidelijk aan dat dat dus niet kan.
En is de functie nu wel of niet in het college aan de orde gesteld? De gemeentesecretaris zegt van niet, de wethouder van wel – al zegt hij niet wanneer dat dan was. De burgemeester weet (nog steeds) van niks. Wie spreekt er de waarheid? Je gaat je wel afvragen hoe het college over DMG en de subsidies daarvoor sprak - als het al ter tafel kwam. Als de functie van Jaeger daarin geen enkele keer is genoemd, ook niet terloops, geeft dat toch te denken.
Hoe je het went of keert: de wethouder heeft een actieve informatieplicht. Het 'niet verborgen' houden, wat Bing concludeert, is onvoldoende. En de wethouder wéét dat ook.
Dubbele petten
Ten tweede: De wethouder acteert met meerdere petten.
Hij heeft erg veel vingers in de pap. In o.a. het Stadsfonds, Stichting Centrum Hilversum, Hilversum Media Campus en dus die Dutch Media Foundation.
De functie in DMF is duidelijk ongewenst. Niet alleen wij vinden dat – ook BING zegt het in zijn rapportage, en de gemeentesecretaris – de hoogste ambtenaar – adviseert tegen zo’n constructie.
De wethouder heeft daarbij ook bij mandaat subsidies verstrekt. Meer dan 6 ton is uiteindelijk naar DMF gegaan terwijl de wethouder daar een bestuursfunctie had:
- in 2017, na toetreden van de wethouder: € 433.750
- in 2018 : € 225.000
Totaal dus: € 658,750
Een deel is bij mandaat verstrekt - buiten zicht van het college en de raad. Een resultaat van het stelselmatig oprekken van de volmachten door het college. Waarom heeft de burgemeester deze situatie laten ontstaan? Waarom zijn die de volmachten zo uitgebreid? Er kwam, wederom, geen antwoord.
Er zit hier duidelijk een conflict. Bing noemt het een probleem met ‘governance’, maar dat is gewoon een ander woord voor 'belangenverstrengeling'. De dubbele pet is hier duidelijk aangetoond. Dat Jaeger zichzelf niet verrijkte is daarbij niet van belang - dat had overigens niemand beweerd. De man is tenslotte rijk zat.
Wel kon Jaeger hiermee zijn eigen projectjes aansturen zoals hij dat wilde - ten kostte van toezicht door de raad, én met het risico dat hij externe partijen, via een vorm van concurrentievervalsing, dupeerde.
De wethouder lijkt dit zich eigenlijk ook te beseffen, uit zijn verweer dat hij minder subsidie heeft gegeven dan is aangevraagd – alsof dat de schijn weg zou halen. Waarom heeft de wethouder hier dan geen afstand gehouden? Waarom niet het college betrokken om elke schijn te voorkomen?
Waarom vindt hij dat het doel de middelen heiligt?
Waarom doet hij alsof de integriteitsschendingen - want het niet melden van de functie is dat wel degelijk - en de mogelijkheid van belangenverstrengeling - aantoonbaar in de functie bij DMF - geen valide punt van zorg zijn?
Geen verantwoordelijkheidsbesef
Want, tenslotte: Hij duikt en neemt geen verantwoordelijkheid.
Hij draagt allerlei smoezen aan:
De raad had het kunnen weten - want het stond wel ergens, in een documentje ergens diep verstopt in een lade. Maar waarom zou de raad voor die informatie zelf actief moeten zoeken?
“Yes,” said Arthur, “yes I did. It was on display in the bottom of a locked filing cabinet stuck in a disused lavatory with a sign on the door saying ‘Beware of the Leopard.”
Douglas Adams, "The Hitchhiker's Guide to the Galaxy"
Waarom wordt de schuld van het niet informeren bij ambtenaren gelegd? Dat is totaal ongepast. De wethouder heeft de plicht, niet de ambtenaar.
Waarom schuift hij het af op zijn collega wethouders? Ja, die hebben ook nevenfuncties niet gemeld – wat ook onderdeel van het onderzoek was - maar we hebben het hier wel over een functie met de schijn van belangenverstrengeling, en bij mandaat verstrekte subsidies. Waarom denkt hij dat dat hetzelfde is en gooit hij zijn collega's voor de trein?
Het was ons duidelijk. De wethouder moet stoppen met zijn functie bij DMF. Dat lijkt hij nu, onder enige dwang, te gaan doen.
Maar hij moet ook zelf de verantwoordelijkheid nemen voor de ontstane situatie, en erkennen dat die door zijn daden is ontstaan.
Vanuit de reactie in het rapport én in de raad bleek echter dat de wethouder dat geenszins van plan is.
De melders - alle melders - hadden goede redenen hun zorgen te uiten. Het rapport bewijst dat ook. Ze verdienen allen respect. Geen beschuldigingen, geen verwijten. Ze verdienen excuses van deze wethouder - maar die kwamen niet, en ook dat is kwalijk.
Niet de eerste keer
Normaal is zo’n verhaal, zo’n reactie, al genoeg om de wethouder naar huis te sturen. Bij wethouder Jaeger zit er daarnaast ook geen verbetering in.
Laten we niet vergeten dat dit niet de eerste keer was dat Wimar Jaeger op het beklaagdenbankje zat. Gedoe tijdens de procedure rond Philipsterrein, het stoom-en-kokend-water proces bij de citymarketing stichting, de, niet afgesproken, exorbitante subsidie aan het Metropool Orkest en de Mediapark-visie die uiteindelijk geen visie werd… alle keren momenten waarbij de wethouder beterschap beloofde.
En, nog tijdens het onderzoek, de wethouder die in een interview openlijk lijkt te solliciteren naar een baantje in de media na zijn wethouderschap.
Het gaat hier om vasthoudend gedrag. Gedrag waarvan je niet kunt verwachten dat dat verandert. En dat is een probleem. Want het moet wél anders.
Jammer dan
Als je voort wilt met een integer en transparant bestuur, als je wil dat de procedures niet alleen strakker worden gevolgd maar dat er ook een duidelijk besef bestaat voor de noodzaak daarvan, dan kan je niet met deze wethouder verder. Een wethouder die zelf aangeeft dat hij in de gaten moet worden gehouden en dat hij begeleid moet worden, omdat hij niet van de procedures is. De verantwoordelijkheid legt hij dus bij anderen, want die moeten hem binnen de lijntjes houden. Het ligt dus niet bij hem.
Dat was voor ons reden het vertrouwen op te zeggen. Het kón niet anders.
De gemeenteraad liet het echter afweten. Slechts 7 van de 37 raadsleden begreep de ernst écht, en steunde de motie van wantrouwen.
De Christenunie kwam nog met een ‘motie van treurnis’. Een cop-out. Een treurmotie betekent in feite niets. Het zegt slechts: ‘Jammer dan’. Had dan een motie van afkeuring gedaan. Dat zegt tenminste nog iets wezenlijks.
Een aantal raadsleden zag de CU motie als een manier om hun gezicht te redden. Maar zelfs voor de ‘Jammer-dan’ motie was geen meerderheid. D66, VVD, Groenlinks, en zelfs een lid van Hart voor Hilversum – dat tijdens de campagne nog voor integer bestuur stond - stemden tegen. En dat was pas écht triest.
Conclusie
Goed en integer bestuur komt uiteindelijk uit jezelf. Zelfreflectie, empathie, en een gevoel voor wat juist is, moet niet van anderen komen.
Rekening houden met anderen, belangenverstrengeling vermijden, correct en actief informeren, de procedures volgen en op de juiste manier handelen... dat kan niet het gevolg zijn van een leger ambtenaren die je in het gareel proberen te houden. En al helemaal niet van politici die, als je het woord sorry niet door je strot kan krijgen, het zelf maar uitspreken en daarna doen alsof dat genoeg is en je wel weer verder kan.
De enige juiste beslissing was de wethouder uit het college te halen. Helaas hadden de meeste partijen - inclusief één die voor het debat in alle kranten het hoogste woord had - daar geen zin an.
Voor de duidelijkheid: dat wantrouwen blijft. Dat is niet op magische wijze weg omdat een motie is weggestemd. Daarvoor is het gewoonweg te laat.
- Zie ook:
- GEMEENTEBESTUUR