Hilversum

Eind 2008 schreven we voor het eerst over Landgoed Zonnestraal, een momumentaal landgoed dat aangekocht is door de woningbouwcorporatie 'de Alliantie',
Hier staat deel 2 en
hier deel 1

Het Dresselhuyspaviljoen was toen net van buiten gerestaureerd en wachtte op een exploitant, voordat de binnenkant aangepakt zou worden. Nu, anderhalf jaar later, staat het nog steeds leeg. Afgelopen zondag presenteerde Landgoed Zonnestraal ideéen voor mogelijk gebruik van dit gebouw. Ik ging eens een kijkje nemen. 

Ik was aan de vroege kant; aan de zes kamer waar het collectief Kool verschillende ideéen voor gebruik uitbeelde, werd de laatste hand gelegd. De locatiemanager van Landgoed Zonnestraal leidde me erlangs. In het Dresselhuyspaviljoen zijn zo'n 50 kleine kamers van zo'n 3 bij 3 meter. Vroeger waren dit 1-persoonskamers voor mensen die aan TBC leden. Een eigen kamer met openslaande deuren naar buiten was sjiek, vergeleken met de ziekenzalen die men kende. Je kan nu de ruimtes voor de gemeenschappelijke douches en toiletten nog op de gang zien zitten. Van buitenziet het gebouw er mooi uit, maar aan de binnenkant is de restauratie nog niet begonnen. Er is nog heel veel werk te doen. De eerste 3 ingerichte kamers waren ludiek. De eerste was een bordeelkamer, zeg maar een 'afwerkplek in 't groen'. In de tweede kamer zou nog een paard komen te staan: gepensioneerde paarden kunnen elk hun kamer hebben en naar buiten lopen. De derde ingerichte kamer was op de eerste verdieping en was bedoeld als 'parkeerkamer' voor de auto's die nu allemaal voor het monument geparkeerd staan. Met een soort autolift zouden de auto's erin getilt moeten worden. Terwijl we naar de andere vleugel liepen waar nog 3 kamers wat serieuzer waren ingericht, vertelde de locatiemanager dat het moeilijk is om tot een invulling voor het gebouw te komen. Er zit de bestemming zorg/welzijn op, maar als hier mensen verzorgd zouden moeten worden, dan is alles te smal en zouden er eigen douches en toiletten op de kamers gewenst zijn, wat niet zou passen. 


Er zijn best enkele toepassingen te verzinnen voor dit gebouw, maar tot nu toe geen kostendekkende. De locatiemanager legde uit dat bijv. de huur van zzp-ers maar ongeveer de helf van de kosten zou dragen. 

Anderhalf jaar wacht de Alliantie al op een exploitant die het Dresselhuyspaviljoen nuttig kan gebruiken en wil huren. Dan kan de binnenkantrestauratie starten. Aangezien er sinds de aankoop van de Alliantie van dit pand, nog geen euro aan inkomsten is verdiend, heeft de Alliantie besloten om het om te draaien, vertelde de locatiemanager. Ze zei dat ze nu zelf de exploitatie wilden gaan doen, uitgaande van wat ze redelijkerwijs aan inkomsten zouden kunnen genereren. 
Kostendekkendheid was niet meer het beginpunt. Eerder: 'beter iets dan niets'. Hopelijk zouden fondsen zoals de Postcodeloterlij nog willen bijdragen aan de binnenkantrestauratie. Het lijkt een moeizame opgave. 

SP Hilversum vindt dat een corporatie zich moet houden aan zijn missie: de bouw, de verhuur en het onderhoud van sociale woningen. Het is een schande dat de Alliantie miljoenen euro's, die ze gekregen hebben van huurders, inzet voor het Dresselhuyspaviljoen.. Natuurlijk is monumentenzorg belangrijk, maar die kosten moet gedragen worden door alle mensen, niet alleen de huurders van goedkope woningen. De Alliantie heeft een aantal miljoenen geinvesteerd in het Dresselhuyspaviljoen en daarover wordt rente berekend. Nog geen euro hiervan is teruggekomen.
Als ze deze miljoenen had ingezet om sociale woningen te bouwen, waren ze allemaal al verhuurd. De woningnood is groot. 

In elk jaarverslag van de Alliantie wordt de tekst van het bestuur afgesloten met de zin:
"In het kader van artikel 26.2.g van het BBSH verklaart de Bestuurder dat de middelen van de Alliantie uitsluitend zijn besteed in het belang van de volkshuisvesting.", gevolgd door een handtekening van Jim Schuyt, de bestuurder van de Alliantie.
Dat lijkt toch niet de hele waarheid te zijn. 

 Lees deel 1 van deze serie 
 Lees deel 2 van deze serie