Hilversum

Tijdens haar laatste vergadering behandelde de commissie Welzijn het beleidsplan van Museum Hilversum. De SP is zeer tevreden over de gratis openstelling op woensdag. Hopelijk nemen daardoor meer Hilversummers eens een kijkje in hun museum. Maar er is meer nodig dan alleen gratis toegang om het museum ook écht voor ale Hilversummers te maken.

Vooropgesteld: de SP vindt dat de inwoners van Hilversum recht hebben op een mooi museum. Hilversum is dan wel een dorp, maar wel een dorp met maar liefst 83.000 inwoners. Daar hoort gewoon een gemeentelijk museum bij. Maar: het ene museum is het andere niet. Museum Hilversum kost de gemeente op dit moment netto 1,1 miljoen euro per jaar. Dat is een fors bedrag. Het is niet meer dan logisch dat er voor dat geld een museum staat dat maatschappelijke binding heeft met Hilversum en de Hilversummers. 

In het beleidsplan van het museum wordt wel geschreven over een ‘brede doelgroep’. Daar is in de praktijk de afgelopen jaren echter niet veel van terecht gekomen. Door een te grote focus op architectuur ontbreekt de maatschappelijke band met Hilversum. Natuurlijk is een tentoonstelling over het werk van architect Drupsteen razend interessant voor de liefhebber, net als een expositie over de onbeschreven ruimte die Koen van Velzen creëert. De gemiddelde Hilversummer, die geen architectuurhobbyist is, heeft er echter niet zoveel mee. Dat het overigens ook niet echt storm loopt blijkt uit het aantal bezoekers: 11.000 mensen bekeken in 2006 een expositie. Dat is gezien de grote investering gewoon veel te weinig. Of de nieuwe tentoonstelling ‘De Forens’, die net zo goed in Purmerend of Almere had kunnen staan, daar veel aan gaat doen is zeer de vraag. 

Waarom doen we dit dan met zijn allen? Het antwoord is eenvoudig: prestige. Met de huidige opzet wordt gekozen voor een ‘nationaal bereik en allure’. Tja, mooie woorden natuurlijk, maar wat heb je als Hilversummer nou aan een leeg museum met nationale allure in je dorp? Voor de SP is daarom duidelijk dat de koers moet worden bijgesteld. Museum Hilversum moet meer exposeren over Hilversum en de Hilversummers. Bijvoorbeeld met een tentoonstelling over de voetbalclub die al 75 jaar bestaat. Of met een expositie over de plaatselijke krant. Van ons mag daar ook best architectuur tussen zitten, Hilversum is tenslotte de stad van de jonge monumenten, maar van de eenzijdige focus moeten we af. Het zou voor veel Hilversummers leuk zijn als er tentoonstellingen zijn die met hun directe leefomgeving te maken hebben. Dat hoeven dan nog niet eens grote exposities te zijn. In één zaal is immers ook goed zichtbaar te maken hoe bijvoorbeeld de Hilversumse basisscholen zich door de jaren heen hebben ontwikkeld. 

De SP was de enige partij die in de commissie niet in stemde met het voorstel van de wethouder. Als er niks aan het plan verandert, dan blijft dat ook bij het definitieve besluit in de gemeenteraad zo. Meer dan een miljoen per jaar vinden we gewoon te veel geld voor een museum waar de gewone Hilversummer niet veel aan heeft. 

Is er dan niets goed aan de plannen van wethouder Boog? Zo is het ook niet helemaal. De plannen om meer met scholen te gaan samenwerken in het kader van cultuureducatie zijn prima. En ook de gratis openstelling op woensdag vinden wij, zoals de titel al aangeeft, een geweldig plan. Maar ja, zoals u onder andere hier kunt lezen, waren dat dan ook onze eigen voorstellen…