Hilversum

Afgelopen vrijdag (10 maart) zijn we op bezoek geweest bij het Comenius College. We hebben daar gesproken met plaatsvervangend rector Johan Veenstra en Ber Leurink, afdelingsleider Brugklas. Onderwerp van gesprek waren de verhalen die in Hilversum de ronde doen dat het als allochtoon nog niet zo eenvoudig is om op het Comenius te worden toegelaten.
Het Comenius had veel tijd uitgetrokken om met ons te praten en hoewel we op een aantal onderdelen niet echt tevreden waren, was het een goed gesprek. We kwamen al snel tot de conclusie dat er van rechtstreekse discriminatie geen sprake was. Het gesprek spitste zich vervolgens toe op de vraag of het toelatingsbeleid niet onbedoeld tot scheve verhoudingen leidt.

De heer Veenstra liet weten dat het aantal allochtonen/autochtonen weliswaar niet optimaal is, maar dat dat meer een Hilversums probleem is dan een probleem van het Comenius. Hij denkt dat ook andere scholen die MAVO/HAVO/VWO opleidingen verzorgen met dit probleem te maken hebben. Misschien dat het op het Comenius iets meer speelt, maar dat valt volgens meneer Veenstra weer te verklaren door de plek van de school, midden in een Hilversumse villawijk. 

Er waren een paar dingen in het gesprek die ons opvielen. De plv. rector vindt de relatief lage hoeveelheid allochtonen weliswaar een zorgpunt, maar er worden maar weinig maatregelen genomen om die verhoudingen te verbeteren. De heer Veenstra vindt het veel meer een Hilversums of maatschappelijk probleem dat hij niet alleen kan oplossen. In de contacten met andere scholen wordt nauwelijks over dit onderwerp gesproken. Volgens de heer Leurink komt dat omdat scholen sowieso nogal "gesloten" zijn als het gaat om hun toelatingsbeleid. Uit concurentie overwegingen wordt daar tussen scholen onderling liever niet over gepraat.
In het aanname beleid van docenten wordt er wel rekening mee gehouden. De gedachte is dat als er meer allochtone personeelsleden zijn, dat de school aantrekkelijker maakt voor alochtone leerlingen. Dat lijkt ons een prima gedachte. 

Dan is er nog het toelatingsbeleid van het Comenius. De uitslag van de CITO toets is een belangrijk gegeven. Er zijn weliswaar algemene afspraken over die scores maar het Comenius is één van de weinige scholen die binnen die regels wel vrij "streng" is. Je hebt dus een relatief hoge score nodig om toegelaten te kunnen worden. Als leerlingen vanuit de basisschool het advies kriigen voor het Comenius maar de uitslag van hun CITO toets is voor het Comenius te laag, dan moeten de leerlingen een test doen. Het is een test die op meer plekken wordt gebruikt en de heer Veenstra is er van overtuigd dat die test niet tot uitsluiting van met name allochtone leerlingen leidt. Die test bestaat uit drie onderdelen: taal, rekenen en ruimtelijk inzicht. De meeste leerlingen die de test niet halen, zakken met name op het taal onderdeel. Dat lijkt logisch. Als je niet goed bent in taal, dan wordt het begrijpen van de andere onderdelen ook lastig. Aan de andere kant kan je je afvragen of allochtonen, die thuis vaak een andere taal dan Nederlands spreken, daarmee niet op achterstand worden gezet. Het Comenius biedt in een aantal gevallen wel extra ondersteuning aan bij taalachterstand. 

Conclusie
Wij zijn er als SP eerlijk gezegd niet echt geruster op geworden. Wij vinden dat het Comenius het probleem toch iets te gemakkelijk van zich afschuift door te stellen dat het meer een maatschappelijk probleem is dan een probleem van hun school. Wij zullen de komende weken nog gaan praten met een paar andere scholen in Hilversum, zoals het Roland Holst, om te kijken of er daar ook op die manier naar het probleem wordt gekeken. Als dat zo is, dan wordt het volgens ons tijd dat de verantwoordelijk wethouder eens gaat praten om samen met die scholen tot mogelijke oplossingen te komen. Dat zal dan toch echt iets steviger moeten dan in de overleggen die daar nu al over plaatsvinden. Als mocht blijken dat het Comenius een uitzondering is, dan hebben we een ander probleem. 

Op vrijdagavond ontvingen we nog een mail van het Comenius waarin duidelijk werd gemaakt dat het Comenius op gemeentelijk niveau in een aantal overleggen zit waar over dit probleem wordt gesproken.