h

Nieuw beloningsbeleid verandert niets

8 mei 2009

Nieuw beloningsbeleid verandert niets

Eind april was het zover: het beloningsbeleid stond op de agenda van de aandeelhoudersvergadering van de BNG. Veel 'wijze' gemeenten en provincies sparen en lenen bij deze stabiele triple-A bank. Zij zijn er ook aandeelhouder van. De Staat der Nederlanden is de grootste aandeelhouder, met 50%. Aan ons als aandeelhouders de taak om in deze woelige tijden het nieuwe beloningsbeleid vast te stellen.

Op aandringen van de vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden had er in de maanden vooraf een commissie van aandeelhouders gewerkt aan een voorstel. Inzet van de Staat was om te voldoen aan de brief die minister Bos aan de Tweede Kamer had gestuurd. Daarin werd gesteld dat bij bedrijven in publieke handen die opereren in een omgeving met concurrentie, de bestuurders maximaal 350.000 euro bruto per jaar mogen verdienen (vast en variabel loon samen, excl. pensioen). In het voorstel werd een maximum voor de bestuurders van de BNG neergelegd van 310.000 euro. Een derde hiervan in variabel loon (bonus), waaraan meetbare en ambitieuze prestaties gekoppeld moeten worden, gebaseerd op de lange termijn. 

Die maandag ging ik met de trein en de tram naar het sjieke Kurhaus in Schevingen. Het ging al 3 dagen door mijn hoofd. Mijn bijdrage was afgestemd met het college en ik had het op papier mee. Gewapend met mantelpakje en pumps trok ik de enorme balzaal in. Zo'n 120 aandeelhouders, veelal mannelijke wethouders van financiën, hadden ook hun beste kleren aan. Netwerken bij de luxe-lunch en gezien worden is belangrijk. De aandeelhoudersvergadering is voor sommigen bijzaak. Niet voor mij. Ik moest en zou mijn bijdrage leveren.
De vergadering werd voorgezeten door de voorzitter van de Raad van Commissarissen, niemand minder dan ex-minister Onno Ruding, topman bij Citigroup. Naast hem zaten mevr. van Rooy, ex-staatssecretaris en de 3 huidige bestuurders van de BNG. 
Een half uur voor de lunchtijd, was het beloningsbeleid eindelijk aan bod. Mijn hart klopte in mijn keel. Eerst legde de vertegenwoordiger van de Staat uit dat de Staat achter dit nieuwe gematigde beloningsbeleid stond. Toen stapte ik naar de microfoon en las rustig voor. 
"De gemeente Hilversum vindt 310.000 euro een substantiële verlaging. Maar we vragen ons af wat dit betekent voor de huidige bestuurders."
Ik was er ondertussen namelijk achter dat hun contracten gewoon door zouden lopen. Bij 2 bestuurders lagen de salarissen voor onbepaalde tijd vast en pas in 2012 kon er met de net aangestelde derde man over het salaris gepraat worden. In de eerstkomende jaren zouden de bestuurders dus zo'n 530.000 euro blijven verdienen.
"Vorig jaar is 95% van de maximale variabele beloning uitgekeerd aan de leden van de Raad van Bestuur. Het verbaast de gemeente Hilversum dan ook zeer, dat volgens het verslag van de Raad van Commissarissen de doelstellingen voor 2009 gelijk zijn aan 2008 en nauwelijks ambitieus zijn. Hoe serieus neemt onze Raad van Commissarissen het nieuwe beloningsbeleid?" 

Doodstil was het in de zaal. Zoiets zeg je toch niet tegen de heer Ruding? 
Ik had me voorgenomen om in het hol van de leeuw in te zetten op een gematigd en haalbaar doel: de huidige topsalarissen zouden niet verder mogen stijgen. Dat is toch wel het minste. "Kan dit beleid er naar uw mening toe leiden dat de beloningen van de huidige bestuurders geïndexeerd worden of anderszins naar boven bijgesteld? De gemeente Hilversum vindt dat er geen sprake van kan zijn dat de beloningen stijgen, zolang ze zich boven het nieuw ingestelde maximum bevinden. Om dit helder te maken, stellen we de andere aandeelhouders voor dit expliciet in het beloningsbeleid vast te leggen. Graag hoor ik hierop reactie van de andere aandeelhouders."

Iedereen keek me aan. Niemand sprak in. De heer Ruding antwoordde dat de doelstellingen voor de variabele beloning wel degelijk scherper waren, maar dat hij hier, ook al was het een besloten vergadering, niet verder over kon uitweiden. Daarnaast meende de Raad van Commissarissen dat men natuurlijk niet kan gaan tornen aan de bestaande arbeidsvoorwaarden van de bestuurders. Ja, en het kan best zijn dat de salarissen geïndexeerd worden, maar dat is dan gelijk aan de index in de Bank CAO, dus dat is netjes. 
Nog maar een keer naar de microfoon. "U zegt dat de doelstellingen scherper zijn, maar dat kan ik als aandeelhouder niet constateren. In de stukken staan alleen de hoofdlijnen. En er staat dat u in de aandeelhoudersvergadering aan ons een specifiekere toelichting zal geven, maar dat doet u niet, zelfs niet in deze besloten vergadering. Zo kunnen de aandeelhouders hier geen oordeel over geven." 
En meteen door naar het volgende punt. "U heeft het over een index, maar in het nu geldende beloningsbeleid staat helemaal niets over jaarlijkse indexatie. Hoe kan dit dan toch met de bestuurders zijn afgesproken?"
Ruding sputtert dat ik er echt vanuit kan gaan dat de doelstellingen nu ambitieuzer zijn en dat het beloningsbeleid een kader is, maar dat het aan de Raad van Commissarissen is om dit nader uit te werken in de arbeidscontracten. En hierin is de jaarlijkse indexatie vastgelegd. 

Tja, zo gaat dat: bestuurders zijn zo speciaal dat ze echt niet onder een CAO kunnen vallen, maar ze volgen wel graag de CAO-index die de vakbonden met hen als werkgever uitonderhandelen. 
De laatste repliek: "Ik begrijp dat de huidige salarissen dus gewoon door kunnen stijgen. Als dit zo is, dan zal de gemeente Hilversum tegen stemmen!" 
Wauw, en dat met ons aandeel van een paar procent ;-) 
Eindelijk komt er reactie uit de zaal. Een wethouder spreekt in: "Meneer de voorzitter, ik vind het eigenlijk een beetje gênant hoe u antwoordt op de vragen van de gemeente Hilversum. Ik krijg er een beetje het schaamrood op de kaken van. U kunt toch wel iets meer doen dan dit?" Ik doe van harte mee aan een piepklein applausje van enkele aandeelhouders. 
Maar dat was het dan. De voorzitter herhaalt nog eens wat over vastliggende arbeidscontracten en dat de raad van commissarissen in principe de matiging van topsalarissen van harte onderschrijft. En sommige aandeelhouders vinden het wel mooi geweest:
"Laten we wel wezen, er ligt nu een goed nieuw kader. En, als niet SP-er, kan ik hier goed achter staan." Iedereen weet blijkbaar allang dat ik SP-er ben. 
Een stemming volgt: bijna iedereen voor, een paar mensen om mij heen stemmen samen met mij tegen. 

De vergadering wordt afgerond en iedereen haast zich naar de lunch. Het is al een half uur uitgelopen. 
Achteraf komen er een paar mensen naar me toe. "Goed verhaal, hoor, dat u hield." Daar heb je wat aan. 
Ik eet mijn wraps met zalm en drink mijn verse jus d'orange op. Ik klets nog wat na met wethouders uit de regio en dan is het weer tijd om huiswaarts te gaat. Ik heb gezegd wat gezegd moest worden. Er verandert nu niets aan de topsalarissen bij de BNG. Maar misschien stemt het sommigen toch tot nadenken. Je weet maar nooit. 

Karin Walters, wethouder

U bent hier