h

De IJsland affaire

19 oktober 2008

De IJsland affaire

Op dit moment vragen veel mensen aan mij, als wethouder Financiën: “Heeft Hilversum ook gelden bij IJslandse banken staan of bij die Lehman Brothers?” 
“Nee, hoor”, stel ik iedereen gerust, “we hebben geen rekeningen in het buitenland.” 
Waarom gaat dit bij de gemeente Hilversum wel goed?

Ten eerste, Hilversum investeert op dit moment veel in haar gemeente. Nieuwe wegen, nieuwe scholen, rioleringsprojecten, sporthal, brandweerkazerne en andere zaken. Dat maakt dat we op dit moment helemaal geen spaargeld hebben! 
Overigens, staan al deze investeringen in het investeringsprogramma in de begroting en worden de investeringslasten daarvan netjes gedekt door de inkomsten. 

Daarmee is de kous nog niet af. Want een relevante vraag is natuurlijk: “als Hilversum wel geld over had, zou ze dit dan op risicovolle banken zetten?”
Het antwoord is volmondig “nee”. 

Deze stelligheid komt voort uit het Treasury-statuut van onze gemeente, die begin dit jaar door de gemeenteraad is vastgesteld. Daarin staat dat geld dat “over is” alleen uitgezet mag worden bij banken met een AAA-rating (triple A), de veiligste rating die er is. Als wethouder Financiën ga ik voor stabiel financiëel beleid. Een behoudend beleid rond eventueel spaargeld maakt daar onderdeel van uit.
De gemeente wordt gecontroleerd door de gemeenteraad. De gemeenteraad bepaalt de kaders en beslist daarover met een raadsbesluit. Onze gemeenteraad heeft dus deze voorzichtige beleidslijn vastgesteld. 

De provincie Noord-Holland en andere gemeenten hebben kennelijk voor een ander beleid gekozen. Volgens de wet Fido moeten financiële instellingen waar een provincie of een gemeente geld bij zet, minimaal een A-rating hebben, hetgeen lager is dan een AA-rating of een AAA-rating.
Ik heb het treasury-statuut van de provincie Noord-Holland bekeken en daar staan geen eisen in over de rating van de partijen waarbij geld wordt gezet, dus daarmee hebben de gedeputeerden en de leden van de provinciale staten ervoor gekozen geen exta voorzichtig beleid af te spreken bovenop het wettelijk minimum.
Zo is het waarschijnlijk ook bij enkele andere gemeenten.

In de afgelopen dagen is veel gesproken over “meer toezicht” en “strenger toezicht” op het financiële verkeer. En nu opeens komt dit thema heel dicht bij de gemeenten en de provincies? Hoe hebben zij dit toezicht geregeld? Welke kaders zijn er gesteld? 

En dan vraag je je af: hoe zit het bij woningcorporaties, scholen, ziekenhuizen, waterschappen, de NS en de energiebedrijven? Opeens zal in de komende dagen blijken dat “beter toezicht” een stuk concreter wordt. 

Karin Walters, wethouder

U bent hier